Hals, Frans de Oudere

Frans Hals (naamvariant: Frans Franchoisz Hals; monogrammeerde als FH aaneen of ineen) werd in 1582 of 1583 in Antwerpen geboren en overleed op 26 augustus 1666 in Haarlem. Hij was een zoon van Frans Franchois Hals uit Mechelen (ca. 1542 – 1610).

Frans Hals kreeg destijds les van de beroemde Karel van Mander. Onder zijn eigen leerlingen telde hij onder andere Cornelis de Bie, Adriaen Brouwer, Dirck van Delen, Dirck Hals, Frans Hals (II), Harmen Hals, Jan Hals, Nicolaes Hals, Reinier Hals, Judith Leyster, Jan Miense Molenaer, Adriaen van Ostade, Pieter Gerritsz. van Roestraeten, Johannes Cornelisz. Verspronck, Johannes Cornelisz. Verspronck, Vincent Laurensz. van der  Vinne (I) en Philips Wouwerman. Daarnaast kende hij een aantal navolgers (Wilhelm Busch, Louis Bernard Coclers en Stanislaw Lentz). Bovendien had Hals grote invloed op Alexis Grimou, Giacomo Fransesco Cipper, Jean Rustin, Elis Fiigenschoug, George Wesley Bellows, William Merrit Chase, Wilhelmina Douglas de Koning-Hawley, Petrus Staverenus, Giovanni Boldini, Maryan, Antoine Lenain (I), Jeanne Rongier en Frédéric Laguillermie (1841-1934).

Als schilder / tekenaar werkt hij voornamelijk in Haarlem. Zijn werk concentreerde zich op genre-, boeren- en christelijk-religieuze voorstellingen en (kinder)portretten.

Frans Hals was lid van het Sint Lucasgilde in Haarlem.

Vermeld in Hofstede de Groot, Thieme / Becker, Hollstein., Sutton, Van der Willigen / Kinkelder, Witt Checklist, Blankert / Slatkes, Briels, Goosens.