Gros, baron Jean-Antoine

Jean-Antoine Gros werd op 16 maart 1771 in Parijs geboren en overleed op 25 juni 1835 in Meudon. Hij was een zoon van de miniatuurschilder Jean-Antoine Gros.

Vermoedelijk was hij aanvankelijk leerling bij Jacques-Louis David en volgde daarna nog een kunstzinnige opleiding aan de École de L’Academie de Peinture in Parijs. Op latere leeftijd gaf hij zelf nog weer les aan Dominicus Franciscus du Bois.

In 1793 ontvluchtte Gros voor de Revolutie naar Italië (Genua / Florence) waar hij Joséphine de Beauharnais, de vrouw van Napoleon, ontmoette. Via haar werd hij door Napoleon benoemd tot ‘inspecteur aux revues’, zeg maar oorlogcorrespondent avant la lettre.

In 1802 kreeg hij de prijs voor de schilderkunst voor zijn werk Slag bij Nazareth. In 1811 kreeg hij opdracht óm de koepel van het Panthéon te beschilderen.

Enkele plafndschilderingen in het Louvre zijn door hem gemaakt. Hij pleegde zelfmoord door zich te verdrinken in een zijrivier van de Seine.